De tijd van het jaar is aangebroken, dat mijn onderzoek ‘hoe verander ik van mening’ voor velen van ons extra actueel wordt. Eind vorige week zaten Amerikanen met elkaar rond de eettafel met Thanksgiving. Sinterklaas is weer in het land. En voor we het weten zitten we te gourmetten met kerst. Hoe houden we al die etentjes gezellig, zonder het echt alleen maar over het weer te hebben?
Het is een vraag die mij bezig houdt deze dagen. Als heuze ‘meningveranderings’ onderzoeker, wordt mij de laatste tijd steeds vaker gevraagd of ik geen tips en trucs heb. Kom op Marian, heb je nog geen oplossing? Hoe laat ik mijn schoonfamilie zien dat het klimaat echt opwarmt? Hoe maak ik duidelijk aan mijn zus dat Zwarte Piet echt een mooie traditie is die behouden moet blijven? Hoe praat ik nog over het pensioenstelsel, Brexit of Noord Korea?
Ik moet eerlijk zijn, ik weet het nog niet. Ik vind het zelf net zo eng als jullie allemaal. Eerlijk gezegd was mijn vorige blog – die over mijn mening over zwarte piet – een van de spannendste om ooit te plaatsen. Negeren is beter dan ruzie en ellende toch?
Gelukkig heb ik het blog toch geplaatst. En merkte ik dat ik er geen ruzie om kreeg. Alleen maar meer begrip en minder taboe. Sinds het blog, heb ik het over controversiële onderwerpen gehad op professionele meet ups, in de trein met toevallige medereizigers en zelfs – o engste aller enge omgevingen – op een verjaardagsfeestje.
Mijn ervaring? Het kan gewoon, ook al is het spannend. Ik vond het verjaardagsfeestje daarin het meest bijzonder. Ik werd echt oprecht nieuwsgierig bevraagd naar de achterliggende opvattingen en gevoelens rondom mijn mening over zwarte piet. Gewoon, tijdens de taart en net na de cadeautjes.
We werden het over belangrijke punten niet eens op dat feestje. We hebben geen ‘common ground’ kunnen vinden over of zwarte piet nu echt racistisch is, en vooral over hoe je dat dan vaststelt, dat iets racistisch is. Is iets racistisch als iemand zich gediscrimineerd voelt vanwege ras? Of als het racistisch bedoeld is? En wat als daar verschil tussen zit? Wiens gevoel telt dan zwaarder?
Maar we hebben wel hele mooie gesprekken gehad. Bijvoorbeeld over wat een democratie eigenlijk is. Is een democratie ‘de meerderheid beslist’, of is er meer? In hoeverre is afwijkend zijn een grondrecht? Hoeveel ruimte moet een afwijkende mening hebben in een democratie? Hoever moet het recht op demonstratie beschermd worden? Wanneer moet een demonstratie echt niet kunnen? En waarom vinden we dat recht eigenlijk zo wezenlijk, ook als het lastig is?
We hebben samen geproefd aan grootse filosofische onderwerpen. Hoe erg vinden we het als niet iedereen gelijk behandeld wordt? Is discriminatie onder alle omstandigheden onvergefelijk? En zo ja, waar eindigt het dan? Kan dat eigenlijk wel, een wereld zonder discriminatie? Zetten we dan niet alles vast in angst om iets fout te doen?
En hoe zit dat eigenlijk met de rechten van het kind? Hoever moeten we gaan om die te beschermen? Wat zijn de absolute grenzen waar we niet overheen moeten gaan? We hebben allemaal regels over wat een kind op TV mag zien, hoe gaan we daarmee om in ‘het echte leven’?
Al met al was het een bijzondere verjaardag. Die me hoop geeft voor de gourmettafel straks met kerst. Want het kan dus wel, van mening verschillen, oprecht geïnteresseerd zijn in de mening van de ander en tevreden het gesprek afronden, zonder dat er iemand overtuigd is. Omdat je zelf meer geleerd hebt. En de ander ook.
Op TED plaatst Julia Dhar een heuse handleiding om verhitte gesprekken aan de eettafel te overleven. Helaas voor mij, las ik dit pas na het feestje. Gelukkig hebben we een deel van haar ‘regels’ vanuit onze intuïtie wel gevolgd. De regels voor een goed gesprek zijn, volgens Julia:
- Benoem het conflict. Loop er niet met kousevoeten omheen. Bij ons gebeurde dat doordat iemand vroeg: Marian, wat vind jij eigenlijk van Zwarte Piet?
- Stel een gemeenschappelijke werkelijkheid vast. Door elkaar te bevragen kun je de ‘gezamenlijke grondregels’ vast stellen. De hele groep vond het belangrijk dat kinderen een leuk sinterklaas feest hebben. De hele groep vond ook dat eieren gooien strafbaar was. Niemand wilde bewust mensen kwetsen. Racisme zou je als samenleving niet moeten willen. We zijn een democratisch land en dat vinden we belangrijk. Binnen deze grondregels waren er genoeg accentverschillen te vinden, en die hebben we ook gevonden. Maar doordat we begonnen met het uitzoeken van onze grondregels, bleven we beter in gesprek.
- Focus op de inhoud, niet op de mens. De makkelijkste en de lastigste. Want we zijn er zo slecht in om dat te onderscheiden. Iemand met een racistische mening, is dat altijd een racist? Iemand met een ondoordacht standpunt, is die dom? Zijn agrariërs behoudend? Zijn randstedelingen elitair? We zijn zoveel meer dan onze hokjes. Het mooie is dat juist aan het kerstdiner en bij het delen van pepernoten, dit punt haalbaar moet zijn. Kijk maar eens om je heen: deze discussie voer je met je naasten. Je vrienden en kennissen. Mensen waarvan je vrij zeker weet, dat het geen rotzakken zijn, maar oprechte mensen die hun best doen zo goed mogelijk hun leven in te richten.
- Accepteer het feit dat je het fout kan hebben. Ik vind dit nogal een lastige, ik zal eerlijk zijn. Maar laten we eerlijk zijn:als je geen enkele twijfel hebt aan de juistheid van jouw eigen standpunt, dan hoef je het gesprek ook niet te voeren. Dan ben je niet aan het praten, maar aan het vertellen. Het grappige is dat een open houding, ook een goede debating-truc is: minder defensief zijn zorgt dat mensen beter naar je luisteren.
- Gebruik feiten – spaarzaam. Feiten helpen. Zeker als je met elkaar in een frame zit waarin er ruimte is om naar elkaar te luisteren (zie het vorige punt). Maar wees er voorzichtig mee: gebruik ze alleen als je ze echt hebt. En gebruik er niet te veel, te lang achter elkaar. Te veel feiten spuien werkt vaak averechts.
- Weet wanneer je moet stoppen. Op het moment dat je merkt dat het gesprek in rondjes begint te lopen, is de zaak afdoende uitgediept. De meningsverschillen die je nu nog over hebt, zijn niet in dit gesprek te overbruggen. Sluit af, ga naar het volgde onderwerp, of besluit om een rondje drank te halen voor iedereen.
Met deze handleiding in mijn achterzak ga ik de komende tijd op zoek naar het gesprek. Om te oefenen in datgene wat misschien nog wel belangrijker is dan van mening veranderen: op een goede manier van mening verschillen en het daar over hebben.